Viering april 2024

God woont waar men Hem binnenlaat
De Bergrede ~ Barmhartigheid
Het Veer
Bethanië, 21 april 2024

Welkom
Van harte welkom en dank om tot hier te komen op deze kille lentezondag en samen met ons stil te staan bij een stukje van de Bergrede: Gelukkig de barmhartigen, want zij zullen barmhartigheid ondervinden.

In de zaligsprekingen worden de barmhartigen voorafgegaan door de nederigen van hart, de treurenden, de zachtmoedigen en zij die hongeren en dorsten naar gerechtigheid. Ze kwamen eerder al in onze vieringen aan bod.

Er schuilt een zekere logica in die volgorde. Je moet eerst leeg en eenvoudig worden en weten wat armoede betekent, het alom aanwezige lijden (ook dat van jezelf) hebben aangekeken, je kwetsbaarheid hebben erkend en de kracht daarvan hebben ontdekt. Dan weet je hoe belangrijk het is dat er recht wordt gedaan. En dan weet je ook hoe belangrijk voor alle levende wezens barmhartigheid is.
Barmhartigheid …, een woord dat we vandaag niet meer zo vaak gebruiken, maar dat voor een christen een levenshouding moet zijn.

‘Waar woont God?’ vroeg ooit de Russische rabbijn Menachem Mendel, die leefde in de 19de eeuw, aan zijn medegeleerden. Die lachten hem uit en zeiden: ‘De hele aarde is toch vol van zijn heerlijkheid!’ Met andere woorden: God is toch overal?
‘Nee, nee …’, antwoordde rabbi Mendel, en beantwoordde zijn eigen vraag:
‘God woont waar men Hem binnenlaat.’
(Carel ter Linden in Nooit heb ik niets met U)

Een aantal Veerleden hebben zich verontschuldigd:

We willen deze viering graag openen met een lied dat we allemaal kennen:
Openingslied: Ik zie de hemel opengaan

Voorstelling van het thema
In ons dagelijks taalgebruik zijn barmhartigheid en mededogen woorden geworden waar sleet op zit. Ze klinken ouderwets en dreigen uit onze moderne woordenschat te verdwijnen. Toch vinden we het principe van compassie en mededogen in alle religieuze, ethische en spirituele tradities terug. Karen Armstrong maakte er haar levenswerk van om het Charter for compassion wereldwijd te laten onderschrijven en verspreiden. Zij noemt compassie daarin ‘onze drijfveer om ons onvermoeibaar in te zetten om het leed van onze medemensen te verlichten, om afstand te doen van onze troon in het middelpunt van de wereld en daar een ander plaats te laten nemen, en om de onschendbare heiligheid van ieder mens te eren door iedereen, zonder uitzondering, te behandelen met rechtvaardigheid, billijkheid en respect.’
Barmhartigheid en mededogen zijn kernbegrippen in het leven van Jezus. Ze gaan gepaard met aandacht en raakbaarheid … en met in beweging komen en handelen. Ze zijn een onmisbare schakel om het goddelijke in deze wereld zichtbaar te maken: God woont waar men Hem binnenlaat.

Barmhartigheid begint dus met aandacht. Hein Stufkens herinnert zich nog hoe hij als kind een tante had die non was. Ze werkte in het Antonius-ziekenhuis in Utrecht. Ze bleef halve nachten wakker om aan het bed van zieken te gaan zitten, naar hen te luisteren, met hen te zwijgen, voor hen te bidden. Ze hoefde niet op te schrijven hoeveel uren ze daar zat. Ze kreeg daar sowieso geen geld voor. Ze was altijd opgewekt en ik herinner me haar als een gelukkig mens. Ik zou willen dat er, als ik in een ziekenhuis kom te liggen, zo’n non was. Maar nonnen en paters en fraters zijn in onze streken bijna uitgestorven.

Is dat erg? Op zichzelf niet. Maar wat wél erg is,  is dat we een stuk beschaving hebben verloren dat we dringend terug moeten veroveren. En het kernwoord voor dat stuk beschaving is: aandacht. Aandacht is de bakermat en het belangrijkste instrument van liefde, mededogen, barmhartigheid. En Stufkens verwijst naar Catharina Visser die aandacht ooit “de toverstaf van de liefde” noemde.

‘Aandacht’, zo schrijft Catharina Visser nog, ‘is de adem van de liefde, de vredeskus tussen vijanden, de glimlach van de troost. Rustig waait de wind van de aandacht over de aarde, een koesterende bries, vanaf het begin. Als er geen aandacht was zou het leven op aarde niet bestaan. Onverschilligheid is niet de kiem van de schepping geweest. Het is de aandacht die het een aan het ander heeft gesmeed, die vormen en inhoud heeft gekneed uit klei, die het bewustzijn heeft binnen gevoerd in de stof en zich in de mens tot ervaring heeft ontwikkeld. Onverschilligheid is ook niet de kiem geweest van de mens. Het is de mens die de aandacht verder moet brengen, een bries die over de aarde gaat en alles aanraakt. Met onze aandacht voor de wereld verheffen wij het leven tot een hoger plan, liefdevol, genezend, elkaar scheppend tot grotere volheid.’

Laten we nu met aandacht, die ‘toverstaf van liefde’, de paaskaars en de lichtjes aansteken en samen het openingsgebed bidden.

Openingsgebed

Niemand heeft God ooit gezien.
Wij kunnen ons dus
geen voorstelling van Hem maken.
Gelukkig was er Jezus van Nazareth
die in zijn doen en laten
voor ons beeld van God is geworden.
Zijn Geest waait in ons
als adem van leven.
Hij stuwt ons voort
om er voor anderen te zijn,
opdat alles wat wij doen
zijn barmhartigheid uitademt.

Vergevingsmoment

 Als wij blind zijn voor mensen in nood, voor de zwakke schakels in onze samenleving,
toon uw erbarmen.

Als wij onverschillig zijn voor onrecht en geweld, op veilige afstand van ons leefwereldje,
toon uw erbarmen.

Als wij te laks zijn in onze omgang met de natuur, met de dieren, met het leefmilieu,
toon uw erbarmen.

 Lied: Voor kleine mensen

 Lezing:  Matteüs hoofdstuk 25, 31-40

 Duiding en uitwisseling

Het laatste oordeel roept wellicht bij velen het beeld op van de huiveringwekkende, angstaanjagende God die oordeelt en veroordeelt. Een beeld dat erg oudtestamentisch aanvoelt en haaks staat op hoe wij God vandaag zien: als bron van liefde.

Maar je kan dat laatste oordeel ook anders bekijken, zoals je vaak ook leest bij exegeten. Het laatste oordeel is wat overblijft als al het bijkomstige is weggevallen. Met andere woorden, uiteindelijk is het dat wat telt, waar het op aankomt:  de hongerigen spijzen, de dorstigen laven, Matteüs 25 is de kern van ons christen zijn, daaraan moet men ons herkennen.

Uit Matteüs 25 zijn de zeven werken van barmhartigheid gegroeid. Oorspronkelijk waren het er zes, zoals aangegeven in de evangelietekst. Later is daar de doden begraven als zevende werk van barmhartigheid aan toegevoegd (zie ook het Genkse project Waardig begraven …). Vandaag spreken we eveneens van een achtste werk van barmhartigheid: barmhartig zijn voor de schepping. Paus Franciscus heeft daar al herhaaldelijk de nadruk op gelegd. En er is, zo je wil, nog een negende werk van barmhartigheid: barmhartig zijn voor jezelf; iets waar het christendom door de eeuwen heen misschien te weinig aandacht voor heeft gehad.

Belangrijk is ook dat zij die zich volgens het evangelie barmhartig hebben opgesteld, er verwonderd over zijn dat ze daarmee iets goddelijks hebben gerealiseerd: ‘Al wat gij gedaan hebt voor een van de geringsten van mijn broeders, hebt gij voor Mij gedaan. Niemand herinnert zich dat hij of zij iets buitengewoons gedaan hebben. Barmhartigheid was voor hen een levenshouding.

Zo’n levenshouding komt er niet vanzelf. Bij het begin van deze viering hebben we benadrukt dat barmhartigheid begint bij aandacht, bij willen zien, bij niet wegkijken.

In februari van dit jaar draaide in onze bioscopen even de film The zone of interest. Die gaat op het eerste gezicht over het leven van een doorsnee Duits gezin dat in een mooie villa woont aan een grote rivier met veel groen. Vader Rudolf gaat elke dag trouw naar zijn werk, als directeur van de nabijgelegen fabriek. Moeder Hedwig stuurt het huishouden aan en zorgt voor hun vijf kinderen. Hun vrije tijd brengen ze door in hun weelderige tuin met zwembad, waar ze feestjes geven. Of ze gaan picknicken bij de rivier, een uitgelezen plek om te zwemmen en te vissen. Niets aan de hand. Alleen is de vader van het gezin kampcommandant Rudolf Höss (die echt heeft bestaan) en grenst de prachtige tuin van de villa aan de muren van zijn werk: concentratiekamp Auschwitz. Je ziet niets van de gruwel, maar je rilt bij zoveel vreselijke onverschilligheid! (The zone of interest)

Wegkijken van wat er in de wereld gebeurt is één zaak, maar wegkijken gebeurt ook op kleinere schaal. In ons verkeersreglement werd een tijd geleden de verplichting om te ritsen opgenomen. Toch maken we allemaal geregeld mee hoe autobestuurders stoer voor zich uit kijken en doen alsof ze de auto die wil invoegen, niet zien. Wegkijken. Hoe vaak zie je niet mensen die al hun aandacht richten op hun mobieltje en niet eens opmerken dat er iemand voorbijkomt. In zo’n situatie is er geen ruimte voor een simpele goeiendag, laat staan voor ontmoeting.

Er is ook het gebrek aan aandacht in ziekenhuizen, bij onze meest kwetsbare mensen (vergelijk met de non in het Antoniusziekenhuis waar Hein Stufkens het over had), in warenhuizen waar de kassiersters naarstig met elkaar babbelen terwijl ze de artikelen scannen en niet eens zien met welke klant ze bezig zijn, in een restaurant waar de ober maar niet wil zien dat je nog iets nodig hebt …

Als je niet kijkt, kan je ook niet geraakt worden. Daarmee komen we bij de tweede pijler van barmhartigheid: raakbaarheid. En geraakt worden is een onmiskenbare uitnodiging om uit je comfortzone te komen: je kan iets zo niet laten, je moet er iets aan doen. En dat komt meestal ongelegen.

Ter illustratie wordt het  verhaal verteld van een nieuwkomer, een jonge vrouw uit Jemen die door omstandigheden plots dakloos was geworden.

Kiezen tussen iemand buiten laten slapen of je deur openzetten is geen gemakkelijke keuze en roept weerstanden op.

In haar Charter voor compassie omschrijft Karen Armstrong barmhartigheid als ‘onze drijfveer om ons onvermoeibaar in te zetten om het leed van onze medemensen te verlichten, om afstand te doen van onze troon in het middelpunt van de wereld en daar een ander plaats te laten nemen, en om de onschendbare heiligheid van ieder mens te eren door iedereen zonder uitzondering te behandelen met rechtvaardigheid, billijkheid en respect.’

En in zijn boek De grondwet voor geluk schetst Hein Stufkens de voorwaarden om tot die vorm van barmhartigheid te komen: ‘Je moet eerst leeg en eenvoudig worden en weten wat armoede betekent, het alom aanwezige lijden (ook dat van jezelf) hebben aangekeken, je kwetsbaarheid hebben erkend en de kracht daarvan hebben ontdekt. Dan weet je hoe belangrijk het is dat er recht wordt gedaan.’

Ik eindig met een verhaaltje, eentje zoals we er allemaal kennen.

Een verhaaltje dat verrast omdat we te snel gaan geloven dat er geen barmhartigheid meer is in de wereld.
En die is er meer dan we soms willen geloven.

Tijdens een vakantietocht in Frankrijk hadden we, bij het uitrijden van Nice, de mogelijkheid om te tanken verkeerd ingeschat.
Voor de beklimming naar Notre-Dame d’Utelle, hielden we halt in een onooglijk dorpje en vroegen we mensen die toevallig buiten waren of ze ons niet aan wat benzine konden helpen.
Een oudere man had een jerrycan in zijn tuinhuisje staan en wilde ons daar met plezier mee depanneren. Toen we hem vroegen hoeveel we hem verschuldigd waren, schudde hij van nee met het hoofd en voegde eraan toe:
‘Nous sommes tous frères de misère.’

Uitnodiging om persoonlijke ervaringen van barmhartigheid te delen.

Geloofsbelijdenis

Wij geloven in de Geest van barmhartigheid,
die ons moed geeft om in te gaan
tegen alles wat kleineert,
tegen alles wat het uitzicht ontneemt,
tegen alles wat misbruikt en schendt,
tegen alles wat onvrede brengt.

Kom in ons midden, Geest van barmhartigheid,
die ons de kracht geeft om mee te werken
aan alles wat gerechtigheid opbouwt,
aan alles wat tranen droogt,
aan alles wat leven bevordert,
aan alles wat strijdt tegen de dood.

Wees bij ons, Geest van barmhartigheid,
die ons leert geloven
in alles waar liefde woont,
in alles wat kloven overbrugt,
in alles wat verzoening brengt,
in alles waarin Jezus ons
als mens is voorgegaan.                          (naar Alfred C. Bronswijk)

Voorbeden

De wereld vandaag biedt geen mooi plaatje: hongersnood en schromelijke ongelijkheid, talloze conflicten, oorlog, geweld en terreur, de opwarming van de aarde … Maar christenen zijn mensen van hoop en van licht die geloven dat tranen en onmacht je kracht kunnen zijn.

 Als je hongert naar zoveel en niets dan leegte bent, laat ons dan brood en volheid zijn.
Als je dorstig bent en niets dan dorheid ervaart, laat ons dan bron zijn.
Waar mensen elkaar dragen…

Als je naakt bent en niets dan kilte voelt, laat ons dan mantel en warmte zijn.
Als je vreemd geworden bent en niemand meer lijkt te zijn, laat ons dan tent en haven zijn.
Waar mensen elkaar dragen…

Als je ziek bent en zoveel verloren lijkt, laat ons dan tochtgenoot en herder zijn.
Als je vastzit in jezelf of in de blik van anderen, laat ons dan bevrijder en toekomst zijn.
Waar mensen elkaar dragen…

Als je opgesloten zit in woordeloos verdriet, laat ons dan luisterend oor en troost zijn.
Als je gevallen en gebroken bent, laat ons dan vergeving en mildheid zijn.
Waar mensen elkaar dragen…

Tafelgebed

Aan deze tafel zijn wij uitgenodigd,
wij mensen, zo verschillend van aard,
wij mensen die het goede zoeken.

Aan deze tafel zijn wij uitgenodigd,
wij mensen met onze geheimen,
wij mensen met onze vreugde.

Aan deze tafel zijn wij uitgenodigd,
wij mensen met onze kwetsuren,
wij mensen met onze angsten.

Dit is een tafel naar ons hart.
Dit is een tafel voor ons hart.
Iedere plaats is er de eerste.

Dit is de tafel van zachtmoedigheid.
Dit is de tafel van barmhartigheid,
de tafel van mensen die delen en breken.
Mensen die elkaar het licht in de ogen gunnen,
mensen die niet van elkaar wegkijken,
aan deze tafel gebeurt de toekomst.

Op deze tafel schijnt het licht van de Ene,
de Onbegrepene, de Gekruisigde,
de Genezer van onze zielenwonden.

Aan deze tafel klopt het hart,
het hart van de weerloze liefde,
het hart dat niet zal stilstaan.

Aan deze tafel herinneren we ons
hoe het brood werd gebroken
en de wijn gedeeld,
aan deze tafel worden we stil,
aan deze tafel worden we bezield.

Aan deze tafel worden we genodigd
tot geloof, hoop en liefde
in de naam van de Onzichtbare.

Onze Vader

Eeuwige Geest,
schepper van de aarde,
drager van pijn,
gever van leven,
bron van alles wat is en zal zijn,
vader en moeder voor ons allen.

Barmhartige God
in wie de hemel is,
laat de heiliging van uw naam
weerklinken door het heelal.

Laat de weg van uw gerechtigheid
en uw barmhartigheid
worden begaan
door de volkeren van deze wereld.

Laat uw hemelse wil worden gedaan
door al wat geschapen is.
Laat uw rijk van vrede en vrijheid
onze hoop ondersteunen
en laat het komen op aarde.

Voed ons met het brood
dat we vandaag nodig hebben.
Vergeef ons als we wonden
oplopen aan elkaar.

Sterk ons in de tijd van verleiding en verzoeking.
Bewaar ons voor beproevingen
die niet te verdragen zijn.
Bevrijd ons uit de greep
van alles wat onbarmhartig is.

Want Gij zijt aanwezig in uw kracht die liefde is,
nu en voor altijd. Amen.

Vredeswens

Vrede heeft niets te maken met stilte
en zich afsluiten van de wereld.
Ook niet met lam geslagen worden
en doen wat machtigen ons vragen.

Vrede kan er slechts zijn
waar aandacht is voor ieder mens.
Vrede en gerechtigheid gaan hand in hand.
Laat je raken
door wie kwetsbaar is
en vrede zal je deel zijn.

Geven we elkaar een teken van vrede.

Lied: Die vrede willen stichten

Delen van brood en wijn

Heildronk en wensen

Bezinning:  Kwetsbaar … als glas

Hij schilderde voor hen een visioen
van witte schapen, bokkig grauwe geiten
van vuur en rook benauwdheid, frisse wind
en het besef wat je had kunnen doen

de naakte kleden, laven spijzen wie
stil dorstig hongert naar een milde hand
bezoeken wie zijn weggestopt, gekluisterd
aan bed of tralies, vreemde ogen zien

niet doof zijn voor een boom, een blinde muur
noch blind voor ’t schreeuwen van een kievietsjong
maar ’t dode laten proeven van nieuw leven
en vrede etsen uit het zoet en zuur

het is als glas geblazen met wat zand
de minste dragen naar de overkant

(Peter Vermaat – Op vleugels van de wind)

Slotgebed

Geest van barmhartigheid,
wees hier aanwezig.
Doorbreek onze angst,
maak ons moedig tegenover onrecht.
Geef ons een taal naar ieders hart.
Toon ons de weg van mededogen,
zelfs als die moeilijk is.
Vuur ons aan als wij te onverschillig zijn.
Geef ons kracht
als wij willen opgeven,
elke dag opnieuw. Amen

 Lied: Ga door

 Mededelingen 

Met dank voor het meevieren!
Guido & Paula

Bronnen:

  • Mieke Kerckhof, Roger Burggraeve e.a., De onverschilligheid voorbij
  • Zusters van de Bermhertigheid Jesu, Een regenboog van solidariteit
  • Hein Stufkens, De grondwet voor geluk
  • Catharina Visser, Alles komt goed … Aandacht
  • Elisabeth-website

 

Al is er winter op de achtergrond

De regen valt nog steeds
maar lente speelt
nu in mijn ziel.

Er groeit naast al het groen
verbondenheid
en teder mededogen.

Adeleyd

open deur-2