Vastenbezinning: Welke God aanbid ik?

Boodschap van GOD WELVAART

God welvaart heeft zijn geboden geproclameerd.
Hier Zijn geboden: 

Gij zult genieten wat ge kunt.
Dit is het eerst en voornaamste gebod.
En het tweede is eraan gelijk:
Gij zult meer genieten dan ge kunt.
Alle andere geboden liggen hierin besloten.
Gij hebt gehoord dat tot de ouden gezegd is: beheers jezelf.
Maar ik zeg u: leef je uit,
schaf aan wat je kunt, doe wat je wilt.
Het is wetenschappelijk bewezen
dat een mens anders gefrustreerd geraakt.
Gij hebt gehoord dat tot de ouden gezegd is: versterf je.
Maar ik zeg u: geniet meer dan je kunt.
En als er daarna verveling komt?
Wie zegt dat? Hij moet zijn mond houden.
Ik, God welvaart, ben het, die spreekt.
Je huis wordt te klein.
Het gaat je benauwen.
Je moet er uit.
Een tweede huis.
Vanzelf met T.V. en diepvries.
Allicht.
Want je bent er hoogstens eens in de week.
Laat er geen eten bederven.
Maar er sterven mensen van honger.
Ja, dat weten we nu wel.
Dat zien we op de T.V.
Daar kun je niets aan doen.
Wie zeurt daar nog over?
Hij moet zijn mond houden.
Ik, God welvaart, ben het, die spreekt.
Zo spreekt God welvaart.
Hij sprak nog veel meer.
En toen God welvaart uitgesproken was,
en drommen mensen deden wat hij zei,
werd de zee vuil, de lucht verstikkend,
stierven de vissen, verdwenen de kikkers,
vruchten zaten in een schil van gif,
rijken werden rijker en armen armer.
De mensen werden ziek, ongeneeslijk ziek.
Ze hebben nu alles, maar zijn blijheid kwijt.
Nog heerst God welvaart
en hij verbiedt met machtige stem,
soberheid en onthechting.
Machtiger dan de stem van het water
verbiedt hij andere structuren.
En wie het evangelie op de maatschappij legt,
verstoort de rust in de Kerk.
Weg met hem. Aan het kruis met hem.
Ik ben het nog, God welvaart, die spreekt.
Hoe lang zal het duren voordat de gekruisigde verrijst?
Moet Hij eerst zijn vergeten,
Jezus van Nazaret ?
Moet Hij eerst zijn vergeten,
voordat onze oren zullen opengaan,
als Hij met de verrassende boodschap komt:
verzamel geen schatten op aarde?

Nederlands Pastoraal Beraad, 1974

 

Gepost in